De schrijver;
heeft nauwelijks pretenties, geen last van een gefundeerde mening en ontbreekt het bovendien aan normbesef. Telkens weer blijkt hij een zelfingenomen samenraapsel te zijn van Bourgondische onbeholpenheid, een Kempische lompe inborst en het alles overheersende Peellands besef niet nozel te zijn. De sukkelaar waant zich bon vivant avant la lettre.
Hij is voorzitter van de stichting Hek Om Limburg, ervan overtuigd dat alles boven de grote rivieren per direct afgezonken dient te worden in de Waddenzee en is een voorvechter van een vrij en onafhankelijk Brabant.